Veel broeders en zusters geloven , aan de hand van de Schrift die stelt: “In een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden” (1 Kronieken 15:52), dat, wanneer de Heer wederkeert, zal Hij in een oogwenk ons beeld transformeren，en zondig in onschuld zal veranderen en wij zullen worden opgenomen in het hemelse koninkrijk. Maar is het feit hetzelfde zoals we zich voorstellen? Is dit standpunt in overeenstemming met Gods woorden? De Heer Jezus heeft voorspeld: “En zie, Ik kom haastiglijk en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn” (22:12). Volgens het woord van de Heer weten we dat wanneer de Heer terugkeert, Hij het werk zal doen van het belonen van het goede en het bestraffen van het kwaad volgens de handelingen van de mens. Als het gaat zoals we het denken, zal de Heer ons reinigen in een ogenblik wanneer Hij komt, dan zullen allen die vaak zondigen en zich tegen de Heer verzetten en degenen die verward zijn, kunnen in het koninkrijk van de hemel worden gebracht. Hoe zal Hij dan de stelling “om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn” vervullen? Hoe kan de rechtvaardigheid van God worden vertoond? Satan zal niet overtuigd worden!
Aan de andere kant werkt God volgens Zijn eigen principe, God is zowel almachtig als praktisch. Terugdenkend aan de einde periode van het Tijdperk van de Wet, leefden alle mensen in zonde. Had God niet de mogelijkheid om een wonder te tonen om mensen te redden? Maar God deed dit niet, in plaats daarvan incarneerde de Heer Jezus Zelf en kwam naar de aarde om gekruisigd te worden om de mensheid te verlossen. We weten allemaal dat God in de laatste dagen classificerend werk doet. Hij onderscheidt de schapen van de bokken, tarwe van het onkruid en goede dienaren van slechte dienaren. Als God niet praktisch Zijn werk doet, hoe kan Hij dan openbaren wie oprecht gelovig zijn en wie niet? Volgens de essentie van Gods gerechtigheid en heiligheid, zal God nooit goddeloze mensen die beweren in God te geloven toelaten het koninkrijk van God binnen te gaan. We zien dat Gods werk niet zo transcendent is als we ons hadden voorgesteld. God werkt volgens Zijn managementplan en de behoefte van de mens, Hij werkt op een praktische manier, stap voor stap om mensen te redden. We moeten dus de werkelijkheid van God leren kennen en we moeten niet Gods werk met onze eigen opvattingen en verbeeldingen meten.
Daarbij, moeten we beseffen dat het standpunt dat ‘in een oogwenk worden getransformeerd’ uit Paulus voortkomt. De woorden van Paulus vertegenwoordigen alleen zijn ervaringen en kennis, ze kunnen absoluut niet de woorden van God vertegenwoordigen, en ze kunnen niet de norm zijn van het binnengaan van het hemelse koninkrijk voor ons. Wat betreft de opname in het hemelse koninkrijk, moeten we ons baseren op Gods woorden, dat is het meest accuraat. Over het soort mensen die toegang krijgen tot het hemelse koninkrijk, heeft Heer duidelijk gezegd: “Niet iedereen die tegen mij zei, Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan; maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is” (Matteüs 7:21). De Schrift stelt ook: “Wees heilig, want Ik ben heilig” (1 Petrus 1:16). De Heer maakte het duidelijk voor ons dat alleen degenen die de wil van de hemelse Vader doen en die gezuiverd zijn, kunnen het hemelse koninkrijk binnengaan, maar nu leven we vaak in zonden, en onwillekeurig liegen en bedriegen we; we tonen geen verdraagzaamheid aan anderen haten we soms mensen; we kunnen nog over de Heer klagen en Hem veroordelen wanneer er iets tegen onze wil gaan. Gezien van onze uitleving, zijn we absoluut niet degenen die de wil van God doen. Zijn we in staat om te worden opgenomen in het hemelse koninkrijk als de Heer komt? De Heer Jezus zei: “Wordt het Koninkrijk van de hemelen tegengewerkt en proberen sommigen er met geweld binnen te dringen” (Matteüs 11:12). De Heer verklaarde het duidelijk dat het niet zo makkelijk is om het hemelse koninkrijk binnen te gaan, alleen degenen die met moeite streven, zullen de toegang verkrijgen. Onze veronderstelling dat de Heer ons transformeert in een oogwenk, bestaat niet.
Aangezien dat de Heer onze beeld niet transformeert in een oogwenk en vervolgens ons opneemt in het hemelse koninkrijk, hoe zou de Heer ons opnemen in het hemelse koninkrijk dan? Morgen gaan we verder bespreken over deze aspect van de kwesties.
0コメント